Sinds ik in het openbaar aan het schrijven ben over mijn gekook, is er rondom mij een nieuwe dynamiek ontstaan. Ik zal een voorbeeld geven. Dit weekend stond mijn buurvrouw op zaterdagavond rond een uur of tien aan de deur. Er was geen brand, ze hoefde niet plotsklaps naar het ziekenhuis en of ik op de baby wilde letten, nee, ze stond aan mijn deur met een lepeltje chocoladeijs. Zelfgemaakt ijs, welteverstaan. En of ik dus even wilde proeven. Ander voorbeeld. Een paar weken geleden stond een andere buurvrouw op mijn terras. Met een bord met warme vijgen met ijs en slagroom. Ze wilde even laten zien hoe lekker haar man kan koken. En zo kan ik nog wel even doorgaan. Wildvreemden vragen mij om recepten, advies over broodbakken (terwijl ik dat ook nog maar een paar keer heb gedaan maar dat zal ik hier natuurlijk nooit hardop zeggen) en gesprekken met collega’s, vrienden en de pakketbezorger van postnl ontsporen keer op keer rap richting eten en koken. Zelfs op onze management meeting wordt ineens gepraat over soep.
En ik geniet er met volle teugen van! Ook vandaag, toen een van mijn collega’s met haar kookboek over Nigel Slater op de proppen kwam omdat ik het vorige week in een van mijn blogs over de beste man had gehad. Ik besloot mijn collega’s enthousiasme te belonen met een wilde dinsdagavond kooksessie uit dit boek, met de prachtige naam “Real Food”. Echt Eten, daar hou ik van.
Ik maakte de “Pork with cashews, lime and mint: a hot and refreshing stir-fry“, met zilvervlies pandanrijst. Zilvervlies pandanrijst? Ja, het bestaat en je kan het krijgen bij de AH XL. Je bent wel wat langer bezig met koken maar dan heb je ook wat. Goed, terug naar de stir-fry. Die was snel gemaakt, met in notenolie gebakken varkensfilet, lenteuitjes, cashewnoten, gember, Thaise vissaus en limoensap, met als topping vers gehakte munt en basilicum. Er moesten ook nog twee rode pepers doorheen, maar die heb ik maar apart geserveerd omdat ik niet het risico wilde lopen dat mijn zoons na het eten meteen met de kindertelefoon gingen bellen.
In het boek van Nigel stonden ook een paar indrukwekkende toeten. Ik maakte de “Banana Ice-Cream”. Natuurlijk een enorme zonde op een ordinaire dinsdag maar uiteindelijk denk ik dat zo’n bakje ijs met verse bananen net zo goed of slecht is als een bakje Vlaflip van Campina, waar de duizelingwekkende hoeveelheid van 0,1% framboos en 0,04% aardbei in zit. In Nigel’s ijs zaten 5 bananen en geen sucralose. En zo besloten wij deze NigelSlateriaanse avond op een waardige manier. Het boek kan weer terug naar de eigenaar en ik ben weer een ervaring rijker. Vooral de stir-fry vond ik heerlijk fris en spannend. Yvonne, dankie!
Hee Liz, terwijl jij je druk maakt om die verdomde pompoenen en wat je ermee kan, moet, mag of wil, zit ik me hier in het zweet te werken om mijn geliefde collega’s op vluchten te krijgen zodat ik ze later weer kan annuleren of wijzigen. Tja, ieder z’n hobby. Wat jouw vlucht naar het pietooreske (schrijf je vast anders) witney (schrijf je ook vast anders) betreft: ik doe nog niets voordat ik exact weet om welke data het nu gaat. Dan weet je dat. Ajuu en tot morgen. Wat ga je maken vanavond?